Wist jij dat 8 op 10 honden gebitsproblemen hebben en dat je eigenlijk, net als bij mensen, dagelijks het gebit van je hond zou moeten poetsen? Ontdek de oorzaken, check de symptomen en lees meer over de meest voorkomende problemen.
De Maand van de Gebitsverzorging is een jaarlijks terugkerend initiatief waarbij aandacht wordt gevraagd voor een gezond gebit bij honden (en katten). Tijdens de maand(en) van de gebitsverzorging kunnen baasjes bij heel wat deelnemende dierenartspraktijken terecht voor een (soms gratis) gebitscontrole van hun dier en krijgen ze handige tips en/of proefpakketjes.
Het hondengebit
Even een korte voorstelling van het hondengebit. Een volwassen gebit van een hond bestaat uit 42 tanden. Een onvolwassen melkgebit bevat er maar 28.
- 6 snijtanden (Incisivi, I) in de bovenkaak en 6 in de onderkaak om vlees van botten af te schrapen 12
- 2 hoektanden (Caninus, C) in de bovenkaak en 2 in de onderkaak om mee te scheuren en een prooi te grijpen
- 8 premolaren ofwel knipkiezen (Premolaren, P) in de bovenkaak en 8 in de onderkaak
- 4 molaren of knobbelkiezen (Molaren, M) in de bovenkaak en 6 molaren in de onderkaak
Met de kiezen kunnen ze stukken vlees afsnijden en vasthouden.
De grote knipkiezen in de bovenkaak en de grote knobbelkiezen in de onderkaak worden ook wel de scheurkiezen genoemd.
Goede gebitsverzorging is echt noodzakelijk…
Uit onderzoek blijkt dat 8 van de 10 honden gebitsproblemen hebben, die bij de baasjes vaak onopgemerkt blijven. Verwaarloosde tand- en tandvleesproblemen kunnen echter leiden tot ernstige bloedingen en het uitvallen van tanden. “Daarom is het voor veel baasjes heel nuttig om het gebit van hun hond of kat te laten controleren”, aldus dierenarts Marnix Lamberts, voorzitter van de Werkgroep Veterinaire Tandheelkunde.
“Gebitsverzorging is noodzakelijk omdat het voedingspatroon en het fysiek van huisdieren in de loop der jaren zijn veranderd in vergelijking met hun voorouders die in het wild leefden”.
Marnix Lamberts, voorzitter van de Werkgroep Veterinaire Tandheelkunde
Gebitsproblemen, een veelvoorkomende kwaal
De belangrijkste oorzaak van gebitsproblemen is de vorming van tandplak en tandsteen. Toch geeft het merendeel van de baasjes aan dat dit niet voor hun dier geldt. Het is daarom belangrijk om de oorzaken te kennen, de symptomen te herkennen en te weten welke rol gebitsverzorging kan spelen in het verminderen van gebitsproblemen.
Wat zijn de oorzaken van gebitsproblemen?
Vorming van tandplak en tandsteen
Tandplak is een onzichtbaar laagje op de tanden, bestaande uit voedselresten, slijm en bacteriën. Tandplak kan in 24 uur omgezet worden in tandsteen. Het ruwe oppervlak van de tandsteen vormt vervolgens een ideale basis voor nieuwe tandplak- en tandsteenaangroei.
Je kan tandplak relatief gemakkelijk verwijderen door een goede verzorging van het gebit. Enkel je dierenarts kan echter tandsteen verwijderen en dit onder algehele verdoving. Laat het dus niet zo ver komen!
Tandplak kan zorgen voor ontstoken tandvlees of gingivitis. Het ontstoken tandvlees kan dan verder uitbreiden naar paradontitis waarbij niet enkel het tandvlees ontstoken is maar ook de weefsels die de tand omringen. Tandplak stapelt zich op en door de bacteriën in de tandplak irriteren ze het tandvlees en veroorzaken ze ontstekingen. In een vergevorderd stadium leidt paradontitis tot het uitvallen van de tanden.
Wanneer de ontstekingen uit de mondholte in de bloedbaan terecht komen, kunnen ze ook de vitale organen bereiken en verdere problemen geven voor het hart, de lever en de nieren.
Afgebroken tanden
Tandfracturen kunnen voorvallen tijdens het spelen of bij het kauwen op bijvoorbeeld te harde kauwbotten. Vooral de hoektanden zijn hier gevoelig voor. Je dierenarts moet dan misschien de tand trekken.
Persisterende melktanden
Bij een pupje van 8 weken zouden alle melktanden aanwezig moeten zijn. Vanaf 12 weken zie je een mix van melk- en volwassen tanden. Als ze een half jaar oud zijn, zouden alle volwassen tanden doorgekomen moeten zijn. Wanneer er echter problemen zijn met ‘persisterende melktanden’, tanden die niet zijn gewisseld en die voor problemen zorgen met de normale positie van de volwassen tanden dan is tijdig ingrijpen nodig zodat het gebit alsnog een (zo goed als) normale positie kan krijgen.
Wat zijn de symptomen van gebitsproblemen?
- een slechte adem: er wordt vaak ten onrechte gedacht dat honden van nature een slechte adem hebben, terwijl een slechte adem juist een indicatie kan zijn van gebitsproblemen bij jouw hond. Een onfrisse adem kan veroorzaakt worden door achtergebleven etensresten, maar dan is de geur ook snel weer weg. Is de slechte adem chronisch, dan kan dit het gevolg zijn van ontstoken tandvlees. Als je hond nog een pup is die zijn tanden wisselt kunnen bacteriën ook een slechte adem veroorzaken.
- geen of weinig droge brokken willen eten: Als je hond geen droge brokken meer wil eten of kauwt met maar één kant van zijn gebit, dan heeft hij waarschijnlijk gebitsproblemen. Je hond zal namelijk proberen om zijn pijnlijke tanden te ontzien.
- een bruingele aanslag op zijn tanden of kiezen: Tandsteen is hard en geelbruin van kleur. Het begint vaak aan de bovenrand van de kiezen en tanden, tegen het tandvlees aan. Deze plekjes zijn voor de hond namelijk moeilijk zelf schoon te houden.
- ontstoken tandvlees: Ontstoken tandvlees is rood van kleur op de plaatsen waar het aanhecht aan de tand. In sommige gevallen is er sprake van bloedingen of zelfs pus.
Hoe voorkom ik gebitsproblemen bij mijn hond?
Leer je hond zo vroeg mogelijk aan dat tandenpoetsen een dagelijks of wekelijks ritueel is waarvoor hij ook beloond wordt. Tandenpoetsen is de belangrijkste eerste stap om gebitsproblemen te voorkomen.
Als tandenpoetsen écht niet lukt of in aanvulling op het tandenpoetsen kan je dagelijks een speciale kauwstrip geven die de tanden reinigt.
Als derde aanvulling kan je ook mondwater toevoegen aan zijn drinkwater.
Wanneer naar de dierenarts bij gebitsproblemen?
Als je hond last heeft van één of meerdere van de bovenstaande symptomen, is het verstandig om naar de dierenarts te gaan voor een gebitscontrole en eventuele verdere behandeling.
Tijdige behandeling van gebitsproblemen zorgt voor een gemakkelijkere behandeling en voorkomt ernstigere klachten.
Heeft je hond veel last van tandsteen dan wordt er een gebitsreiniging of detartrage voorgesteld. Hierbij reinigt je dierenarts de tanden onder algehele verdoving (narcose) met een ultrasoon apparaat. Hij verwijdert de tandsteen en polijst de tanden. Het gebit dat er onder vandaan komt lijkt bijna weer als nieuw! Door het polijsten wordt het tandoppervlak terug mooi glad zodat bacteriën zich in de toekomst moeilijker kunnen vasthechten. Laat je de tandsteen echter zitten, dan ‘groeit’ het aan en geraakt het tandvlees ontstoken. Hoe sneller je met deze problemen naar de dierenarts gaat, hoe gemakkelijker het te behandelen is.
Één reactie Voeg uw reactie toe